Doen op La Palma: tips voor je vakantie naar de Canarische Eilanden
Zwarte stranden, groene laurierbossen en een strakblauwe lucht. Die laatste was helaas iets minder te zien dan gehoopt toen ik begin april een prachtig Canarisch Eiland bezocht: La Palma. Maar omdat de harde wind een strandvakantie niet toeliet, zijn we des te vaker met de auto op pad gegaan om het eiland te verkennen. En mooi dat het was. Dit zijn de 5 to-do’s op La Isla Bonita.
Je leest eerst meer info over reizen naar en op La Palma. Klik op een van deze links om direct naar een trip + tip te gaan:
- Rogue de los Muchachos
- Vulcan San Antonio en Vulcan Teneguia
- La Cumbrecita in Caldera de Taburiente
- Laurierbossen van Los Tilos
- Drakenbloedbomen in het noorden
De reis
In zo’n 5 uur vlieg je vanuit Nederland naar La Palma. Wij vertrokken vanaf Eindhoven. Onze vlucht ging verder naar Gran Canaria, waardoor we de terugweg een tussenlanding – met doorstart door harde wind 😱 – maakten op dat eiland. Het vliegveld van La Palma is klein maar modern. Groot voordeel: onze bagage lag al op de band voordat we er zelf waren.
Tip: van en naar La Palma komen elke dag veel vluchten vanaf de andere Canarische Eilanden. Komen de vluchttijden in Nederland je niet uit, dan kun je altijd kijken naar een overstap op één van deze ‘binnenlandse’ vluchten.
Ook handig: koop vooraf een reisgids over La Palma. Hoef je niet steeds op je telefoon te zitten 😉
Het verblijf
Eenmaal geland op La Palma, vertrokken we naar de badplaats Los Cancajos. Dit ligt op nog geen 10 minuten rijden van het vliegveld en is één van de populairste vakantieplekken van La Palma. In Los Cancajos verbleven we in hotel H10 Taburiente Playa. Een heerlijk 4-sterrenhotel, waarover je aan het einde van dit blog een review leest.
Huur een auto
Al snel na aankomst besloten we een auto te huren. Direct naast hotel Taburiente Playa zit Orlando Rent a Car. Deze autoverhuurder vonden we al online voor vertrek, maar omdat we de extreem lage prijs niet helemaal vertrouwden, hebben we niet vooraf geboekt. Gelukkig waren onze zorgen voor niets, want de auto die we meekregen was nog bijna nieuw en reed heerlijk. En dat voor een prijs van € 20,- per dag, inclusief all-risk autoverzekering.
Tip: huur een auto bij een verhuurder die samenwerkt met het hotel waar je verblijft. Zo lever je de sleutel op je laatste dag gewoon in bij de receptie, en hoef je hier niet apart voor naar de autoverhuur.
Wegen op La Palma
De wegen op het eiland zijn goed. Op de snelwegen zitten overal vangrails. Natuurlijk is het begrip snelweg wel wat anders dan hier in Nederland. Harder dan 80 rijd je er niet en het is er lang niet zo druk. En oh ja, er zijn bochten. Veel bochten.
Ga je van de snelweg af, dan kom je terecht op wat smallere wegen. Nog steeds geen probleem, want het is hier vrij rustig. Slechts één keer ging mijn hartslag omhoog in de auto: toen we terechtkwamen op een enorm steile dorpsweg. Zelfs in de eerste versnelling moest ik flink gasgeven om niet achteruit naar beneden te rollen. Na een ‘dit doe ik nooit meer’ hebben we de terugweg voor een ommetje gekozen via de snelweg.
Tip: download de kaart van La Palma via Google Maps zodat je hem offline kunt gebruiken. Ik vind het handig om de navigatie altijd aan te hebben. Zeker in het buitenland, omdat je dan vooraf ziet hoe de weg loopt en hoe laat je op je bestemming bent. In het binnenland van La Palma heb je niet overal bereik, dus als je vooraf de offline kaart op je telefoon zet voorkom je verdwaalpaniek 😉
Nog een tip: stop onderweg regelmatig bij een van de vele uitkijkpunten. Zeker de moeite waard om een foto te nemen, je benen te strekken en simpelweg van het uitzicht te genieten.
Trip 1: Rogue de los Muchachos
De eerste dag reden we meteen naar het hoogste punt van La Palma. Dat was niet ons plan – we wilden naar nationaal park Caldere de Taburiente, maar wisten niet dat je hier kaartjes voor nodig had. Daarover later meer.
Rogue de los Muchachos dus. De hoogste top van deze berg ligt op 2426 meter. De weg ernaartoe is heel mooi, met overal prachtige groene bomen. Maar: naarmate onze hoogte toenam, deed de mist dat ook. Waar we in het begin nog dachten ‘dat zal wel loslopen’, zagen we op het hoogste punt de neus van onze eigen auto bijna niet meer. En het uitzicht? Geen idee.
Na een korte pitstop kozen we ervoor om via de andere kant van de berg naar beneden te rijden. Wederom een mooie route. En inderdaad: hoe verder we daalden, hoe meer het opklaarde. Het weer beneden is overduidelijk geen garantie voor het weer boven op de berg.
Tip: Hou je van sterrenkijken? Boven op de Rogue de los Muchachos staan een paar enorme sterrenwachten. Natuurlijk heb je wel helder weer nodig om deze sterren echt te zien. Geen zin om ’s nachts de tocht naar boven te maken? Ook vanuit ons hotel was de sterrenhemel op La Palma een feest om te zien!
Trip 2: Vulcan San Antonio en Vulcan Teneguia
De volgende dag besloten we onze navigatie in te stellen op het bezoekerscentrum van Vulcan San Antonio. Hier betaalden we € 5,- per persoon voor een ticket om langs de vulkaan te lopen en onze auto te parkeren. De wandeling ‘rond’ de vulkaan is mooi. Je kunt echter niet rond, maar loopt naar de andere kant en neemt hetzelfde pad weer terug.
Vanaf de parkeerplaats loopt ook een route naar de vulkaan Teneguia. Het startpunt hiervan vind je door een stuk terug te lopen vanaf het meldpunt van de parkeerplaats en dan linksaf te slaan richting een pad. Dit pad loopt steil naar beneden: enige training en een goed paar schoenen zijn een must. Gelukkig kom je na ongeveer een kilometer aan op een breed pad dat iets vlakker loopt. Vergis je niet: je daalt hier nog steeds af.
Na een wandeling van een uur bereik je Vulcan Teneguia. Van hieruit kun je verder lopen naar de vuurtoren op het zuidpunt van La Palma. Wij besloten echter dat de wandeling voor ons lang genoeg was geweest, en namen een andere route terug naar de auto. Die had minder duidelijke paden, maar omdat er genoeg andere wandelaars waren kwamen we zonder veel moeite terug op het oorspronkelijke pad. Daar namen we hetzelfde steile pad weer naar boven – wat een klim! Onderweg zijn we zeker 3x gestopt om uit te puffen. In een omweg hadden we geen zin, maar voor de benen was dit misschien beter.
Tip: parkeer je auto een stuk voor het bezoekerscentrum als je geld wil besparen en alleen naar vulkaan Teneguia wil wandelen. Toen wij ’s ochtends aankwamen deed nog niemand dat, maar op de terugweg stonden er verschillende auto’s langs de weg geparkeerd.
Trip 3: La Cumbrecita in Caldera de Taburiente
Caldera de Taburiente is het bekendste nationale park van La Palma. Hier bevindt zich een krater van 1500 meter diep en 10 kilometer lang. Zoals gezegd heb je een parkeerkaart nodig om de rondwandeling ‘La Cumbrecita’ te maken. Wij reserveerden deze op de dag dat we eigenlijk van plan waren om de wandeling te maken. Om dubbele autoritten te voorkomen is het slim om van tevoren te reserveren via de website van het park. Dit is gratis.
Eenmaal op de parkeerplaats en tevens startpunt van alle wandelingen, kozen we voor de kortste route. Deze wandeling leidt naar de Mirador de las Chozas, een uitzichtpunt vanwaar je over het hele dal uitkijkt.
Het eerste stuk van de wandeling loopt over een breed pad dat ook geschikt is voor mensen die minder goed ter been zijn. Eenmaal op het uitzichtpunt kun je ervoor kiezen om terug te keren, of om een ronde te maken. Loop je verder, dan wordt de uitdaging iets groter. Niet geschikt voor mensen met erge hoogtevrees!
Tip: ga als je op de parkeerplaats bent niet meteen linksaf (gebruikelijk), maar neem het pad naar rechts. Zo loop je eerst het pittigere deel van de wandeling en beloon je jezelf na een stop bij het uitzichtpunt met een makkelijke terugweg.
Trip 4: De laurierbossen van Los Tilos
In het noordoosten van La Palma vind je de prachtige laurierbossen. Rijd naar het bezoekerscentrum van Los Tilos (met een tentoonstelling voor de liefhebbers) en parkeer je auto langs de weg bij het startpunt van je route. Het bezoekerscentrum is het startpunt voor verschillende wandelingen. Omdat wij al aardig wat kilometers in de benen hadden, kozen we voor de kortste route: 1,3 kilometer enkele reis.
En wat waren we blij dat we deze keuze hadden gemaakt. Het pad loopt namelijk met glibberige ‘traptredes’ vrij steil omhoog. Bij elke pas die ik zette, moest ik opletten waar ik mijn voeten plaatste. Ook hier is hoogtevrees geen fijne eigenschap, want op veel plekken waren de paden smal en de dalen diep. Ik stelde mezelf gerust met de gedachte dat er veel bomen stonden, ‘want dan val ik in elk geval niet heel ver naar beneden’.
Eenmaal boven kom je aan op een prachtig uitkijkpunt over de laurierbossen rechts en de zee recht voor je. Even uitrusten met dit geweldige uitzicht om van te genieten. Neem vooral iets te eten mee, want je verbrandt een hoeveelheid calorieën waar je ‘u’ tegen zegt. Na een pauze van een half uur besloten we terug te keren naar beneden. Met knikkende knieën – van angst en inspanning – kwamen we weer aan bij onze auto.
Tip: blijf het pad omhoog volgen als je kortste route kiest. Wij namen de eerste poging een verkeerde afslag en belandden al snel op een pad dat terugleidde naar het bezoekerscentrum. Onderweg zie je om de paarhonderd meter een markering. Maar als je eenmaal de eerste afslagen voorbij bent, is er nog maar 1 route mogelijk.
Trip 5: De drakenbloedbomen in het noorden
Op het uiterste noorden van La Palma vind je een aantal eeuwenoude drakenbloedbomen. Deze bomen groeien maar op een paar plaatsen in het wild en dat er zoveel bij elkaar staan, is uniek op de Canarische Eilanden.
Vanaf de laurierbossen zetten wij de tocht voort naar het uiterste noorden. Na een half uur kom je aan op het uitkijkpunt direct langs de snelweg. Er is een kleine parkeerplaats, dus je hebt gelegenheid om uit te stappen om van het uitzicht te genieten. Wat ik ervan vond? Natuurlijk is het bijzonder om zulke oude bomen te zien, maar eerlijk gezegd was de hype online groter dan de ervaring in het echt.
Om iets dichterbij te komen, namen we een pad rechts van de parkeerplaats. Een slechte beslissing, want dit pad liep naar een huis waar de honden overduidelijk de baas waren. Zodra we iets te dichtbij kwamen, begonnen ze te blaffen en renden ze achter ons aan. Blaffende honden bijten niet, maar voor mij was dit toch reden om met snelle passen terug te keren naar de parkeerplaats.
Tip: op deze website over wandelen in La Palma vind je een route die je dichter langs de drakenbloedbomen leidt. Onze ervaring is wel dat deze site de moeilijkheid van een wandeling (lees: het aantal sterren) aan de lage kant inschat. Na een wandeling met 2 sterren waren we meestal aardig moe. Maar wij zijn dan ook vooral gewend om in Nederland te wandelen 😉
La Palma: is het een aanrader?
Zoek je naar een vakantiebestemming waar je de hele dag lekker op het strand kan liggen? Dan is één van de andere Canarische Eilanden waarschijnlijk geschikter. Wij vonden La Palma geen typische strandbestemming. Het klimaat op het eiland staat bekend als ‘eeuwige lente’. Daardoor is het overal groen, maar regent het ook vaker dan je op een zonbestemming wil.
Maar: zoek je naar een actieve vakantie op een plek die nog niet zo toeristisch is? Dan is La Palma je bestemming. Geen hordes mensen die zoeken naar de perfecte Instagram-foto, maar rustig genieten van al het moois dat je onderweg tegenkomt. Qua prijs ongeveer gelijk aan Nederland, met uitzondering van de (goedkope!) autohuur.
En zoals beloofd nog een review van het hotel waar we sliepen.
Hotel H10 Taburiente Playa
Begin april 2019 verbleven wij voor een week (7 nachten) in Taburiente Playa van H10 Hotels. Hier sliepen we in een Junior Suite. Anders dan verwacht bestond die niet uit 2 aparte kamers, maar vormde de badkamer in het midden een scheiding tussen de slaap- en woonkamer.
Het H10-hotel op La Palma heeft 4 sterren. Is het dat waard? De kamer die wij hadden was fijn, met een grote badkamer en eigen balkon. We sliepen in de zogenaamde ‘annex’, waar de gang direct op de buitenlucht aansloot. Door de harde wind die via de deur naar binnen waaide, hadden we soms het idee dat we uit ons bed geblazen werden. Ik neem voor het gemak aan dat het weer meestal rustiger is dan in de week die wij hier verbleven, en je hier dus geen last van hebt.
De lobby van het hotel en tevens ingang naar het restaurant, komt rechtstreeks uit een sprookje. Hangplanten die vanaf het bovenste balkon naar beneden reiken, een vijver met vissen en zelfs een waterval. Prachtig! Ontbijt en diner zijn beide uitgebreid. Hou er wel rekening mee dat je bij halfpension toch je drinken betaalt bij het diner. Hier kwamen wij pas achter bij het uitchecken…
Het hotel ligt op een steenworp afstand van het lavastrand. Het water is ontzettend helder. Met iets beter weer – lees: warmer en minder golven – had ik hier graag een duik in genomen. Gelukkig waren er vier zwembaden en nog veel meer strandstoelen bij het hotel. Zodra de zon tevoorschijn kwam, konden we hier onze handdoek uitspreiden.